‘Ik probeer gewoon gezond voedsel te produceren’
Voor het interview hebben we afgesproken op de boerderij van Thea in de gemeente Zeewolde. Als ik aan kom rijden ben ik onder de indruk van het weidse landschap. Dit ben ik wel gewend van Flevoland, maar de percelen in dit deel van de polder lijken een stuk groter. Op het melkveebedrijf word ik enthousiast ontvangen door de hond. We nemen plaats aan de tafel in de gezellige keuken van de aangrenzende woning.
Thea is 45 jaar en woont samen met haar man Laurens en twee zoons van 15 en 13 jaar. Samen runnen ze een melkveebedrijf én een akkerbouwbedrijf, beide in de gemeente Zeewolde. Thea vertelt: ‘Laurens is opgegroeid in dit melkveebedrijf, zelf ben ik opgegroeid in het akkerbouwbedrijf. Dit run ik nu en mijn vader helpt hier ook nog bij. Laurens doet alles met de koeien en ik doe de administratie voor beide bedrijven. Het melkveebedrijf bestaat uit ongeveer 110 melkkoeien en bijbehorend jongvee. Het akkerbouwbedrijf beslaat 60 hectare waarop frietaardappelen, uien, wintertarwe, wintergerst en tulpen worden verbouwd.’
‘Er is veel wantrouwen vanuit de overheid richting de burgers,’ vertelt Thea. ‘Dit is niet alleen voor de boeren zo, maar wij hebben hier wel mee te maken. Het gevoel van wantrouwen komt terug bij het invullen van de gecombineerde opgave.’ Thea legt uit: ‘De gecombineerde opgave is de aanvraag voor de Europese landbouwsubsidies, door die subsidies zijn de voedselprijzen voor de consumenten lager. Het invullen is erg ingewikkeld: ieder jaar komen er meer vragen bij en je moet tot op detailniveau aangeven wat je precies met welke grond doet. Dit zorgt voor veel extra werk, onzekerheid en frustratie. Ik probeer als boer gewoon gezond voedsel te produceren, waarom moet het allemaal zo ingewikkeld?’
In het melkveebedrijf is er ook sprake van onzekerheid omdat het bedrijf was aangemerkt als ‘PAS-melder’. ‘Toen Laurens het bedrijf overnam van mijn schoonouders, heeft hij ervoor gekozen om uit te breiden met een stuk of tien koeien. Hiervoor is melkquotum bijgekocht en moest ook de vergunning worden aangepast. Na veel papierwerk bleek dat we een PAS-melding moesten doen: bij een grote stikstofdepositie was een vergunning nodig geweest, maar wij hadden een beperkte depositie waardoor een PAS-melding voldoende was. Dit hebben we toen geregeld. Totdat in 2019 door de Raad van State werd geoordeeld dat de PAS-regeling ongeldig is. Sindsdien weet niemand hoe het zit: kunnen we nu terugvallen op de oude vergunning? Of geldt deze helemaal niet meer? Dit geeft onzekerheid.’
Het besluit om de PAS-regeling ongeldig te verklaren is een voorbeeld van de steeds veranderende regels en onduidelijkheid vanuit de overheid. In beide bedrijven hebben Thea en Laurens te maken met de gevolgen hiervan. Hierdoor zijn ze voor beide bedrijven terughoudend in het doen van grote investeringen die nodig zijn om te kunnen innoveren: ‘Wij zouden bijvoorbeeld best in nieuwere technieken voor gewasbescherming willen investeren, maar dan moet dan wel zeker zijn dat dat terugverdiend kan worden en niet dat het over een paar jaar weer anders moet.’
Ik vraag Thea ook of zij als boerengezin te maken hebben met bestaansonzekerheid. ‘Ik ben niet bang dat we het niet gaan redden’, antwoordt Thea. ‘Hier in de polder heb je zulke goede grond, als je het hier al niet redt…’ Maar er zijn natuurlijk wel kanttekeningen: ‘in onze gemeente merken we dat er steeds meer stukjes landbouwgrond worden weggesnoept voor bijvoorbeeld bedrijventerreinen en een kazerne van de landmacht. Het is zo zonde als deze goede grond niet kan worden gebruikt voor de landbouw. Het heeft ons tot nu toe nog niet geraakt, maar dit zou wel kunnen gebeuren.’
De nuchtere houding van Thea en Laurens helpt hen om te kunnen omgaan met de onzekerheden. ‘Gelukkig ben ik niet zo stressgevoelig, maar ik kan me goed voorstellen dat andere boeren veel last kunnen hebben van stress.‘ Ook haar vrijwilligerswerk bij Team Agro NL geeft Thea veel positieve energie. Bij Team Agro NL willen we positief contact tussen boeren en burgers stimuleren, bijvoorbeeld door kijkdagen te organiseren op de boerderij.’ De boerensector komt vaak negatief in het nieuws en op deze manier kan Thea de positieve kant van de sector laten zien – iets wat volgens haar hard nodig is.
Fotograaf: Michiel Fischer
Interview: Annemijn Driesen-Visscher
© 2024 Flevi